Zie Völsunga Saga
7. |
Betoverd
Aangekomen in de burcht van koningin Grimhild en haar man Gjuki, koning van de Burgundar (Worms), wordt Sigurd hartelijk ontvangen. Verhalen over zijn overwinningen op de Clan van de Hond (Hundings) en de draak zijn hem vooruitgegaan.* De heks Grimhild heeft echter haar eigen plannen. Zij wil de onovertroffen Sigurd, de machtige strijder met zijn aanzien en goudschat, verbinden aan het huis van de Gjukingen. Zij geeft Sigurd een magisch elixer waardoor hij Brynhild vergeet en in Grimhilds macht komt. Sigurd trouwt met Grimhilds dochter Gudrun en wordt (bloed)broeders met haar twee broers, Högni (Handige / skillfull) en troonopvolger Gundohar (Gunþa-harjaR: Strijd-krijger / -vechter / -kamper).** Met de broers voert hij de ene na de andere krijgstocht en vergaart roem en rijkdom voor de Burgundar. Voor Grimhild is het echter nog niet genoeg. Zij wil ook de toverring, en *** de vermaarde Brynhild als gemalin voor Gundohar. * Hij is dus rijk vanwege de schat van de draak, en beroemd vanwege zijn moed en strijdkunst. ** Er is nog een halfbroer, Guttorm (Gods Genade), waarmee Sirgurd geen bloedbroederschaps eed heeft. Het is mij niet duidelijk waarom. Wel is verwonderlijk dat ik meen in verschillende bronnen gezien te hebben dat de ene keer Guttorm een zoon uit andere verbintenis is van Grimhild en dan weer van Gjuki. Ook las ik ergens dat Guttorm een jongere broer is – waarom die dan geen bloedbroeder wordt is mij ook niet duidelijk. Ik meen zelfs ergens gelezen te hebben dat Guttorm de zoon van Alberich en Grimhild was. Alberich ook wel bekend als Oberon, of Elegast, is in verschillende verhalen dan weer koning van de dwergen en dan weer koning van de elfen. Een magisch persoon dus. In de meeste verhalen is het in ieder geval zo dat Guttorm geen broederschapseed gezworen heeft met Sigurd, dus dat hij Sigurd ongestraft (door de goden?) ‘mag’ doden. *** Alle ambities komen duidelijk voort uit Grimhild. In dit gedeelte van het verhaal wordt de ring niet genoemd. Het leek mij interessant om hem hier toch te noemen aangezien een gouddruipende ring natuurlijk een onuitputtelijk bron van rijkdom is en niet te veronachtzamen voor iemand met zoveel hebzucht. Hoewel op dit moment in de bronnen de ring dus niet ter sprake komt, speelt de ring in de mythes/sages in het vervolg van het verhaal echter juist weer een grotere, gecompliceerdere rol) dan dat ik ‘m in mijn interpretatie toebedeeld heb (zie vervolg). |